
Incontinentie is een aandoening waarbij de urine en/of ontlasting niet opgehouden kan worden. Incontinentie leidt tot ongewild verlies van urine en/of ontlasting. Iemand die incontinent is, heeft de beheersing over de sluitspieren van zijn blaas en/of darmen geheel of gedeeltelijk verloren.
Ongeveer 1 miljoen Nederlanders heeft te maken met een vorm van incontinentie. Veel mensen schamen zich ervoor of zijn bang voor nare geurtjes. Sommige vormen van incontinentie kunnen worden behandeld. Daarnaast zijn er allerlei soorten incontinentiemateriaal verkrijgbaar om de ongemakken van incontinentie op te vangen.
Er zijn twee soorten incontinentie: urine-incontinentie en ontlastingsincontinentie. Beide soorten incontinentie hebben eigen symptomen.
Er zijn verschillende soorten urine-incontinentie. Dit zijn de vier meest voorkomende soorten.
Bij stressincontinentie verliest u urine als er druk op uw blaas staat. Bijvoorbeeld bij hoesten en niezen. Of bij bepaalde inspanningen zoals lachen, tillen, traplopen, rennen of springen. Vandaar dat dit ook wel inspanningsincontinentie heet. Het is de meest voorkomende vorm van urine-incontinentie bij vrouwen. Veranderingen in de plasbuis door bijvoorbeeld een bevalling of de overgang zijn mogelijke oorzaken. Bij mannen is een niet goed functionerende plasbuis vaak de oorzaak. Meer weten? Lees dan alles over stressincontinentie.
Bij aandrangincontinentie (of een overactieve blaas) voelt u een plotselinge, dwingende aandrang om te plassen, gevolgd door ongecontroleerd urineverlies. Zodra u voelt dat u moet plassen, verliest u al urine. Mogelijke oorzaken: een urineweginfectie, overactiviteit van de blaas, neurologische aandoeningen of dementie. Meer weten? Lees dan alles over aandrangincontinentie.
Bij een derde van de gevallen is er sprake van gemengde incontinentie. U verliest dan urine als er druk op de blaas staat én wanneer u plotseling de aandrang voelt om te plassen. Bij gemengde incontinentie heeft u de symptomen van zowel inspanningsincontinentie als aandrangincontinentie. Lees alles over gemengde incontinentie.
Wanneer u ongecontroleerd urine verliest bij een overvolle blaas is er sprake van overloopincontinentie. Door het (te) lang vasthouden van urine kan uw blaas vergroot worden en overgevoelig raken. Hierdoor kan uw volle blaas de druk niet meer aan en ‘loopt over’. Symptomen zijn het druppel- of scheutsgewijs verliezen van urine en regelmatige aandrang terwijl er maar een klein beetje urine uit komt. Overloopincontinentie komt meestal voor bij oudere mannen met een vergrote prostaat. Lees verder over overloopincontinentie.
Bij ontlastingsincontinentie heeft u te maken met een of meerdere van de volgende symptomen:
U verliest ongewild ontlasting, u kunt uw ontlasting niet ophouden, u voelt geen aandrang.
U voelt jeuk, pijn en irritatie bij/rond uw anus
U kunt niet voorkomen dat u winden laat
U verliest slijm uit uw anus
Meer weten? Lees alles over ontlastingsincontinentie.
Zowel urine-incontinentie als ontlasting-incontinentie kunnen uiteenlopende oorzaken hebben. Het is belangrijk om met uw huisarts of specialist na te gaan wat de oorzaak van uw incontinentie is om te starten met de juiste behandeling.
Urine-incontinentie kan ontstaan door verschillende oorzaken. Voorbeelden zijn gewichtstoename, diabetes, spierverslapping, urineweginfecties, overactiviteit van de blaas, een niet goed functionerende plasbuis, blijvende verstopping in de darmen, een operatie, neurologische aandoeningen of dementie.
Bij vrouwen kunnen ook zwangerschap, hormoonverandering (bijvoorbeeld door bevalling of overgang) en baarmoederverwijdering leiden tot urine-incontinentie. Bij mannen speelt een vergrote prostaat vaak een rol. Verder kunnen uw leeftijd, roken en het gebruik van medicijnen een rol spelen.
Ontlastingsincontinentie kan verschillende oorzaken hebben. Mogelijke oorzaken zijn:
Beschadiging of verslapping van de kringspier in de anus
Beschadiging van de zenuwen die de kringspier en bekkenbodemspieren aansturen (door bijvoorbeeld MS of Spina Bifida)
Verzakking van de endeldarm
Chronische darmontstekingen
(Overloop)diarree
Er zijn manieren om incontinentie te voorkomen. De belangrijkste zijn een gezonde leefstijl, op tijd naar het toilet gaan en oefeningen om uw bekkenbodemspieren te versterken.
Om urine-incontinentie te voorkomen of verminderen, kunnen de volgende maatregelen helpen.
Ga op tijd plassen als u aandrang voelt. Plas rustig tot uw hele blaas leeg is, zonder te persen. Onderbreek het plassen niet.
Versterk uw bekkenbodemspieren door deze tijdens de dag regelmatig aan te spannen.
Drink voldoende (anderhalf tot twee liter per dag). Verspreid uw drinkmomenten goed over de dag.
Let op wat u eet en drinkt. Bepaalde voedingsmiddelen kunnen uw blaaswand irriteren en urineverlies verergeren. Bijvoorbeeld gekruid eten, koffie, alcohol en koolzuurhoudende dranken. Groenten als broccoli en koolsoorten kunnen juist een gunstig effect op de blaas hebben, net als champignons en soja(saus).
Draag kleding die snel opengaat en zorg dat uw toilet gemakkelijk bereikbaar is.
Voorkom overgewicht, dat vermindert de druk op uw blaas.
Om ontlastingsincontinentie te voorkomen of verminderen, kunnen de volgende maatregelen helpen
Versterk uw bekkenbodemspieren door deze tijdens de dag regelmatig aan te spannen.
Let op wat u eet en drinkt. Bepaalde voedingsmiddelen kunnen uw darmen irriteren. Bijvoorbeeld gekruid eten.
Sommige mensen gaan minder drinken, in de hoop geen urine meer te verliezen. Maar dat helpt niet. Het kan de kans op blaasproblemen zelfs vergroten.
Om incontinentie goed te behandelen is het eerst van belang om te bepalen van welke soort(en) incontinentie u last heeft. In sommige gevallen moet namelijk de oorzaak behandeld worden.
Om te ontdekken of u last heeft van inspanningsincontinentie of aandrangsincontinentie (of allebei), helpt het om een dagboek bij te houden. In het dagboek schrijft u telkens op:
Bij welke activiteit en op welk tijdstip u aandrang voelde om te plassen.
Wanneer u ongewild urine heeft verloren.
Op welke tijden u op het toilet heeft geplast.
Via zo’n dagboek wordt duidelijk welke oefeningen u het best kunt doen om uw klachten te verbeteren. Bijvoorbeeld oefeningen voor uw bekkenbodemspieren, of voor uw blaasspieren. Uw huisarts kan u doorverwijzen naar een bekkenbodemfysiotherapeut. Die kent de juiste oefeningen. Het dagboek helpt om na te gaan of uw klachten hierdoor minder worden.
De behandeling van ontlastingsincontinentie is afhankelijk van de oorzaak. Bij verstopping of diarree kan uw arts of diëtist voedingsadviezen geven. Ook kunt u dan in sommige gevallen medicijnen voorgeschreven krijgen. Gaat het om een beschadiging of verslapping van uw kringspier en/of bekkenbodemspieren, dan zijn er verschillende behandelingen mogelijk:
Bekkenbodemfysiotherapie.
Een operatie om uw kringspier te herstellen.
In zeer ernstige gevallen kan ervoor gekozen worden om een stoma (kunstmatige darmopening) aan te leggen.
Door darmspoelen kan uw stoelgang regelmatig en voorspelbaar worden. Door darmspoelen zijn uw darmen namelijk enige tijd leeg en heeft u mogelijk tijdelijk geen ontlasting-incontinentie.
Medicijnen die gebruikt worden bij incontinentie worden voorgeschreven door uw arts. Heeft u vragen over medicijnen? Vraag uw (huis)arts of uw BENU Apotheker om advies.