
Als u diabetes heeft is regelmaat heel belangrijk. Tijdens vakanties of zakenreizen kan het lastig zijn om uw regelmaat vast te houden. Dit komt omdat de onderstaande zaken vaak anders zijn:
eten, drinken en bewegen
uw gevoel, bijvoorbeeld meer ontspannen of juist meer gestrest
een tijdverschil
de temperatuur
andere activiteiten
Dit alles kan effect hebben op uw bloedsuikerspiegel (het glucosegehalte in uw bloed). Daarom is het belangrijk dat u goed voorbereid op reis gaat en om uw glucosegehalte vaker te meten als u op reis bent.
Deze checklist voor op reis met diabetes en onderstaande tips kunnen helpen om goed voorbereid op reis te gaan.
In een warme omgeving (warm land) wordt insuline beter opgenomen in uw lichaam. Daardoor kunt u een hypo krijgen: een daling van uw bloedsuikerwaarde (glucosewaarde).
U kunt ook een hypo krijgen als uw eetritme doorbroken wordt, bijvoorbeeld door vertragingen onderweg. Lees hier wat u kunt doen tegen een hypo. Neem voor op vakantie dus de nodige maatregelen van tevoren om een hypo te kunnen voorkomen.
Een hyper is een verhoging van uw bloedsuikerwaarde (glucosewaarde).
Bij verre reizen kunt u met een groot tijdverschil te maken krijgen. Het is belangrijk dat u toch op tijd uw medicijnen inneemt. Als u insuline gebruikt, kan uw (huis)arts of diabetesverpleegkundige een injectieschema voor onderweg opstellen.
Kortwerkende insuline moet u meestal voor elke maaltijd gebruiken. Langwerkende insuline kunt u voor- of achteruitschuiven, in aansluiting op de plaatselijke kloktijden.
Draag altijd een diabetespaspoort bij u. Hierin staan uw behandelingen, uw medicijnen en de resultaten van uw onderzoeken. Mocht u onwel worden, dan kunnen omstanders of zorgverleners zien dat u diabetes heeft.
Een diabetespaspoort is verkrijgbaar via de website van DVN.
Weten wat u nog meer moet meenemen?
Bekijk dan de checklist: op reis met diabetes.
Let op: Sommige verzekeringen vergoeden geen medische kosten in het buitenland voor bestaande aandoeningen, zoals diabetes. Laat u vooraf duidelijk informeren, zodat u goed verzekerd op reis gaat!
Bewaar uw insuline of diabetestabletten altijd volgens de instructies in de bijsluiter. Ook op reis! U kunt BENU altijd om advies vragen.
Bewaar insuline altijd tussen 2 en 8 graden Celsius én buiten het zonlicht. Anders gaat de werkzaamheid verloren.
Bescherm uw teststrookjes en insulinepompen tegen hitte en vorst.
BENU verkoopt speciale koeltasjes voor insuline. U kunt insuline ook bewaren in een koelbox (niet tegen de koelelementen aan), in een thermosfles met een wijde opening, of in een opgerolde handdoek.
Draag de insuline voor die dag dan op uw lichaam. Zo kan de insuline niet bevriezen.
Bewaar uw diabetesmedicijnen en bijbehorende hulpmiddelen in uw handbagage. In het bagageruim van het vliegtuig kan het namelijk vriezen.
Laat uw diabetesmedicijnen en bijbehorende hulpmiddelen niet in een geparkeerde auto, camper, tent of caravan liggen. Daar wordt het snel te warm of te koud voor uw medicijnen.
Tip: Bewaar uw diabetesmedicijnen en hulpmiddelen verspreid over uw bagage. Dan bent u niet meteen al uw medicijnen kwijt als er een tas verdwijnt.
Misschien heeft u tijdens uw reis extra medicijnen nodig náást uw diabetesmedicijnen. Bijvoorbeeld medicijnen tegen wagenziekte, luchtziekte, diarree of tropische ziekten.
Uw BENU Apotheek weet welke medicijnen u mag combineren met uw diabetesmedicijnen, en kan u informeren over mogelijke wisselwerkingen.
Tip: Wordt u op reis misselijk of ziek? Als u geen voedsel binnenhoudt, is het belangrijk dat u toch voldoende koolhydraten binnenkrijgt. Dit kan bijvoorbeeld door vruchtensap te drinken.